/
BLOGHELDEN - H2 - Techniek zorgt voor groei.md
534 lines (468 loc) · 30.2 KB
/
BLOGHELDEN - H2 - Techniek zorgt voor groei.md
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
32
33
34
35
36
37
38
39
40
41
42
43
44
45
46
47
48
49
50
51
52
53
54
55
56
57
58
59
60
61
62
63
64
65
66
67
68
69
70
71
72
73
74
75
76
77
78
79
80
81
82
83
84
85
86
87
88
89
90
91
92
93
94
95
96
97
98
99
100
101
102
103
104
105
106
107
108
109
110
111
112
113
114
115
116
117
118
119
120
121
122
123
124
125
126
127
128
129
130
131
132
133
134
135
136
137
138
139
140
141
142
143
144
145
146
147
148
149
150
151
152
153
154
155
156
157
158
159
160
161
162
163
164
165
166
167
168
169
170
171
172
173
174
175
176
177
178
179
180
181
182
183
184
185
186
187
188
189
190
191
192
193
194
195
196
197
198
199
200
201
202
203
204
205
206
207
208
209
210
211
212
213
214
215
216
217
218
219
220
221
222
223
224
225
226
227
228
229
230
231
232
233
234
235
236
237
238
239
240
241
242
243
244
245
246
247
248
249
250
251
252
253
254
255
256
257
258
259
260
261
262
263
264
265
266
267
268
269
270
271
272
273
274
275
276
277
278
279
280
281
282
283
284
285
286
287
288
289
290
291
292
293
294
295
296
297
298
299
300
301
302
303
304
305
306
307
308
309
310
311
312
313
314
315
316
317
318
319
320
321
322
323
324
325
326
327
328
329
330
331
332
333
334
335
336
337
338
339
340
341
342
343
344
345
346
347
348
349
350
351
352
353
354
355
356
357
358
359
360
361
362
363
364
365
366
367
368
369
370
371
372
373
374
375
376
377
378
379
380
381
382
383
384
385
386
387
388
389
390
391
392
393
394
395
396
397
398
399
400
401
402
403
404
405
406
407
408
409
410
411
412
413
414
415
416
417
418
419
420
421
422
423
424
425
426
427
428
429
430
431
432
433
434
435
436
437
438
439
440
441
442
443
444
445
446
447
448
449
450
451
452
453
454
455
456
457
458
459
460
461
462
463
464
465
466
467
468
469
470
471
472
473
474
475
476
477
478
479
480
481
482
483
484
485
486
487
488
489
490
491
492
493
494
495
496
497
498
499
500
501
502
503
504
505
506
507
508
509
510
511
512
513
514
515
516
517
518
519
520
521
522
523
524
525
526
527
528
529
530
531
532
533
534
# De techniek zorgt voor de groei
Met de groei van het aantal weblogs wereldwijd en de groei van het
aantal Nederlanders op internet zien we geen stoppen meer in de
technologische ontwikkelingen. Op webloggebied staan de ontwikkelingen
niet stil en is het mogelijk dat er in een hele korte tijd veel nieuwe
ontwikkelingen bijkomen.
Voor een individuele weblogger zijn deze ontwikkelingen niet altijd bij
te houden om in zijn eigengemaakte software te implementeren. Daardoor
wordt de gecentraliseerde weblogsoftware populairder. Blogger, Movable
Type en Wordpress gaan allemaal op een of andere manier mee met de
ontwikkelingen die in individuele uithoeken van de blogosfeer worden
gedaan. Maar kunnen we wel spreken over DE blogosfeer? En wat is de
blogosfeer eigenlijk? Hoe is die in Nederland vertegenwoordigd?
Op 1 januari 2002 schrijft William Quick op zijn weblog Daily
Pundit[^1]:
*I PROPOSE A NAME for the intellectual cyberspace we bloggers occupy:
the **Blogosphere**. Simple enough; the root word is **logos**, from the
Greek meaning, variously: In pre-Socratic philosophy, the principle
governing the cosmos, the source of this principle, or human reasoning
about the cosmos; Among the Sophists, the topics of rational argument or
the arguments themselves*
Zoals we ondertussen gewend zijn in de blogosfeer ontstaat hier wat
strubbeling over. Want Quick noemt zich al snel de bedenker van deze
term, maar op 10 september 1999 is het Paul Graham die in een grappig
artikel de term laat vallen in een opsomming van woorden om het
groeiende ecosysteem van geupdate persoonlijke homepages te beschrijven:
*Despite its whimsical provenance, it\'s an awkward, homely little
word.\
Goodbye, cyberspace! Hello, blogiverse! Blogosfeer? Blogmos?*[^2]
De term cyberspace heeft altijd een relatie gehad met het hippietijdperk
van de eerste online jaren. Waar we niet meer spraken over het versturen
van datapakketjes tussen militaire of academische complexen, maar waar
het door de komst van de publieke toegang ook een cultureel en
maatschappelijk fenomeen werd. Cyberspace, Electronic en Virtual
Highway. Het zijn antieke termen waarbij je denkt aan films als de
Lawnmower Man en Hackers, waarin online gaan met een modem wordt
geromantiseerd op grote schermen met aan-elkaar-verbindende computers,
overvliegende datapakketjes en kolommen vol code die langs het scherm
schieten. Het liefst gereflecteerd op het bebrilde gezicht van de nerd
die de computer bedient.
Met de term blogosfeer komt er een andere gedachte naar boven. De
gedachte van een ecosysteem, een biosphere. In 2002 beschrijft John
Hiller in een uitgebreid artikel de rol van weblogs en journalisten in
de blogosfeer. Hij gebruikt biologische metaforen om uit te leggen hoe
de blogosfeer en de traditionele journalistiek aan elkaar verbonden
zijn, maar ook hoe weblogs aan elkaar zijn verbonden. Dat maakt de
blogosfeer. Je kunt het regenwoud niet bestuderen door naar één
individuele boom te kijken. De blogosfeer is gelijk aan het regenwoud.
Alleen door naar het geheel te kijken en door de relaties in tijd en
ruimte te zien, kun je iets zeggen over het complete ecosysteem van de
persoonlijke publicaties.
De Nederlandse blogosfeer is niet uit het niets ontstaan. Al in de
vroege dagen van de Nederlandse weblogs zien we dat er groepen ontstaan
van weblogs die naar elkaar linken en elkaar goed in de gaten houden.
Remco Sikkema heette in de begindagen nog elke weblog welkom op zijn
Sikkema.net, ongeacht wat voor weblog het was. Maar langzaam maar zeker
zie je dat er voorkeuren gaan ontstaan. Zeker met de groeispurt in 2000
en 2001 kun je niet meer exact bijhouden welke nieuwe blogs er in jouw
interessegebied bijkomen. Hiller noemt in zijn artikel vooral de
wisselwerking tussen journalistiek en weblogs, waarbij hij de metafoor
van roofdier en prooi gebruikt. Een interessante metafoor, maar net als
in de natuur is niet elk roofdier hetzelfde. Er zijn verschillende
soorten roofdieren die een pikorde kennen. Hier komt het idee van de
A-List bloggers uit voort. In 2000 schrijft Rebecca Mead in The New
Yorker een artikel over de opkomst van weblogs in de USA. Het artikel is
geschreven vanuit het oogpunt van de twee van de eerste bloggers van die
tijd, webdesigner Jason Kottke en mede-oprichter van Blogger, Meg
Hourihan. Zij krijgen een romance en als superbloggers laten ze zien hoe
interessant weblogs kunnen zijn. De Canadese blogger Joe Clark schrijft
naar aanleiding van het artikel een kritische blogpost over de stijl en
de teneur van het artikel, waarin voor het eerst de term A-List Blogger
valt[^3]. De term verwijst naar een opmerking in het artikel dat het
krijgen van een link van Kottke of Hourihan op hun weblog het
blog-equivalent is van een boekpromotie bij Oprah Winfrey.
In Nederland zien we dit gedrag bij bloggers. Genoemd worden door
Alt0169, Tonie.net of Sikkema is een garantie voor een dag extra
bezoekers. Juist dan is het dus belangrijk om nieuwe blogposts te
plaatsen, een link terug of dankwoord te plaatsen, wat veel gebeurde.
Hiller doet in zijn artikel voorkomen alsof er één blogosfeer is, maar
zeker in Nederland is dat niet zo. Dat zou namelijk impliceren dat er
slechts één begin is van de blogosfeer en dat is er niet. Net als in ons
eigen heelal met meerdere melkwegen, zo zijn er meerdere blogosferen met
ieder een eigen verbindingen, gewoonten en taalgebruik. Er zijn altijd
wel crossovers te noemen tussen de verschillende blogosferen maar het is
niet meer reëel om te spreken van DE Nederlandse blogosfeer.
Clo (Bnox.be) en Chantall (Maanisch.com) vertellen in een interview dat
ze blij zijn met het weblogformaat. In print waren ze nog erg begrensd
in het aantal woorden dat ze moesten gebruiken en de vorm waarin het
artikel werd geschreven. Bij weblogs zijn die regels niet meer van
toepassing. Je bepaalt zelf wat je schrijft, hoe lang je het verhaal
maakt en in welke stijl je schrijft. De opmaak, leesbaarheid en doorloop
van je verhaal heb je in eigen handen. Zo kon het dus gebeuren dat een
tijdelijke groepslog als Dode Zielen makkelijk kon bestaan met de
Vier-in-één weblog waar vier vrienden naast elkaar hun eigen blog
bijhielden.
Met de komst van de permalink werd de weblog bevrijd van tijd en ruimte.
De permalink heeft een Nederlands tintje. Caroline van Oosten de Boer
(Prolific.org) zat rond 2000 in de groep betatesters van Blogger.com. Ze
werkte bij de Vara waar ze met een eigen CMS werkten. Dit CMS had een
specifiek onderdeel, de Persistent References; blijvende verwijzingen
naar één onderdeel in de site, zodat je er altijd naar kan linken.
Caroline vroeg zich af of zoiets met weblogposts mogelijk was.[^4] Het
team bij Blogger bleek dat al op een to-do lijst te hebben, maar mede
door de vraag van Caroline is het versneld ingevoerd en op 27 maart 2000
worden permalinks geïntroduceerd bij Blogger.[^5]
De permalink maakte het ineens mogelijk om heel specifiek te verwijzen
naar een blogpost op een ander weblog of op je eigen site. Vóór de komst
van de permalink kon je alleen verwijzen naar de homepage van de
medeblogger als je een link wilde maken. Het nadeel is dat na een paar
dagen de blogpost die je refereerde, van de homepage was gedrukt door
nieuwere posts, waardoor de originele referentie aan waarde verloor. De
komst van de eerste archieven maakte het al iets makkelijker om te
linken maar nog steeds moest je door pagina's artikelen scrollen om de
juiste referentie te vinden. De permalink bracht een nieuw concept in
het webloggen. In combinatie met de komst van reactiemogelijkheden
veranderde weblogs in een conversatieplatform. Onder elke blogpost met
een unieke URL kon je nu de reacties lezen bij de blogpost. Een
collega-weblog kon op zijn eigen weblog weer refereren naar die
conversatie, wat op de eigen blog weer een conversatie kon geven. Zo
ontstond in een hele korte tijd een kakefonie van conversaties.
Deze conversaties hadden een zekere inhoudelijke waarde, die de nog
relatief nieuwe zoekmachine Google goed had gezien. Immers, een
conversatie waar veel naar wordt gelinkt zal belangrijker zijn dan een
minder gelinkte conversatie. Google zou hier onder andere zijn algoritme
van Pageranks op baseren. Weblogs profiteerden hier enorm van omdat ze
als platform alle mogelijkheden in zich hebben om de conversatie aan te
zwengelen en gaande te houden. Combineer dat met het impliciete gegeven
dat weblogs geregeld nieuwe content hebben en het is duidelijk dat
Google smult van weblogs.
Het gevolg van al deze extra weblogs met conversatiemogelijkheden en
links naar elkaar is dat de hoeveelheid mogelijk interessant leesvoer
exponentieel toeneemt. Dat brengt ons op een andere ontwikkeling in de
blogosfeer die in Nederland lang heeft geduurd om aan te slaan bij
bloggers. Door de komst van al die extra weblogs vonden een aantal
software ontwikkelaars, waaronder Dave Winer, het nodig om een andere
manier te vinden om deze losse artikelen makkelijk te aggregeren en te
distribueren. Dit zorgde voor de komst van RSS.
RSS is het beste te omschrijven als een leesmap voor het web. Je kunt je
anoniem abonneren op een website via een apart programma of een speciale
website die de individuele blogposts kan ophalen en als een stroom van
nieuwsberichten kan laten zien. Je gaat dus niet meer van de ene site
naar de andere om te kijken of er iets nieuws is geschreven, maar via je
RSS-lezer kun je direct zien welke weblogs iets nieuws hebben geplaatst.
Het voordeel is dat je tijd wint, je hoeft nog maar naar één website of
programma om het nieuws te lezen. Het nadeel van RSS is dat je enigszins
aan persoonlijkheid en conversatie mist omdat de blogpost niet meer in
de context van de eigen site en design staat. In de RSS feeds worden de
reacties vaak niet meegenomen wat je buiten de conversatie plaatste.
Alsof je door een straat met cafe's loopt waar je elk café van naam
kent, weet wat voor soort café het is en wie de uitbater is, maar je
gaat nergens naar binnen om wat te drinken en met de andere bezoekers
van gedachten te wisselen. Er zijn nu wel technische mogelijkheden om
het aantal reacties op een blogpost te integreren in de RSS-feed, maar
ideaal is het nog steeds niet.
RSS is een ongelukkige technische term die te lang is blijven hangen in
de blogosfeer en er mede schuldig aan is dat het nooit goed is
aangeslagen bij het grote publiek. Het voert te ver voor de scope van
dit boek om de complete geschiedenis van RSS te beschrijven, te meer
omdat deze bezaaid is met semantische landmijnen, afsplitsingen in
andere formaten (RDF, Atom en diverse versienummers van RSS zelf) en een
ego-clash tussen de diverse ontwikkelaars in de Verenigde Staten. Zelfs
de afkorting RSS heeft verschillende betekenissen gekregen, van Real
Simple Syndication tot Rich Site Summary en RDF Site Summary.
De grafische pagina's die via de blauwe hyperlinks aan elkaar zijn
verbonden noemen we World Wide Web in plaats van het lezen van pagina's
"via HTTP" wat de correcte technische term zou zijn. Helaas heeft RSS
nooit een tot de verbeelding sprekende omschrijving gekregen die breed
is gedragen door bloggers, media en het publiek. RSS zou wel het
onderliggende protocol worden voor veel nieuwe online initiatieven en er
is nu vrijwel geen online applicatie die niet zonder RSS werkt. Het
technische protocol is al wat verder naar de achtergrond verdreven maar
nog steeds gebruiken we de term.
*"Van het alternatief voor RSS, Atom, was ik een voorstander, omdat dat
eigenlijk netter is dan RSS. Meer consistent vooral. Zodra Atom uit de
eerste ontwikkeling was, heb ik dat naast RSS geïmplementeerd. Atom is
echter nooit echt aangeslagen, helaas. Volgens mij was dat voornamelijk
omdat RSS al \'goed genoeg\' was, en daarom de meeste mensen niet het
nut inzagen van overstappen op een ander systeem." -- Bob den Otter
(Pivot)*
Met het bouwen van het RSS protocol maakte Dave Winer een zogenaamde
pingserver, weblogs.com. Als een nieuw artikel was gepubliceerd, kon via
de software (vooral eerst Radio Userland) naar deze server een "ping"
sturen, een kattebelletje, om te laten weten dat de weblog was geupdate.
Op deze manier ontstond een lijst van constant geupdate weblogs, een
soort metalog van weblogs. In het begin van de pingserver was dit nog
een interessante dienst om bij te houden, je kon direct zien waar
geupdate weblogs waren zonder je op een RSS feed te abonneren. Maar met
de komst van meer en meer weblogs werd het bijhouden van de lijst op
weblogs.com een menselijk onmogelijke taak. Maar het zorgde wederom voor
een nieuwe ontdekking in de weblogs. Omdat blogposts nu waren
opgesplitst in individuele blogposts via de permalink en omdat de
aggregatie en distributie van deze individuele posts via RSS en pings
liep, waren blogposts in wezen tot datapakketjes getransformeerd.
Datapakketjes die constant en vrijwel fricitieloos over het web
stroomde. Dat gaf de programmeurs weer het nieuwe idee dat je deze
datapakketjes kunt oppakken, indexeren en ordenen. Het indexeren van de
datapakketjes gebeurde met de inhoud. Al snel ontstonden diensten als
Blogdex en Daypop, sites waar op elk moment een overzicht van de meest
gelinkte weblogs was te vinden. Synchroon aan deze ontwikkeling ontstond
Blogrolling.com, een dienst om je favoriete weblogs bij te houden. Je
kon deze met een script op je eigen weblog zetten en Blogrolling hield
voor je bij welke blogs geupdate waren. Zo kreeg je een dynamische lijst
van favorieten met de meest recent geupdate weblog bovenaan.
In Nederland ontstond synchroon aan de ontwikkeling van RSS en de
pingserver de Loglijst. Deze werd in 2001 ontwikkeld door Jan-Willem
Hiddink (JeeWee) en Robert-Reinder Nederhoed. De Loglijst was een lijst
van geupdate Nederlandse weblogs. Hij werd niet door middel van RSS
bijgehouden, maar op basis van het "scrapen" van websites. Dit betekent
dat de makers geautomatiseerd de website ophalen, de broncode uit elkaar
halen en vergelijken met een eerdere versie. Was de nieuwe versie
anders, dan was er een nieuwe blogpost. Zo ontstond een primitievere
versie van de wereldwijde lijst op weblogs.com, maar wel één die goed
genoeg was voor de Nederlandse markt.
***"Ik weet nog dat ik op een weblogmeeting niet lang zonder bier
stond"***
Naam: Jan-Willem Hiddink en Robert-Reinder Nederhoed
Site: Loglijst
Robert-Reinder: Jan-Willem heeft vaak goede ideeen en de Loglijst was er
zo één. Hij heeft er een flinke tijd aan gewerkt. Gewoon omdat het leuk
was. Al snel bleek dat de server en internetverbinding bij Jeewee thuis,
niet genoeg was om 24 uur per dag alle weblogs te volgen. Ik huurde toen
al een server in een data centrum. Hoe het precies gegaan is weer ik
niet meer. Maar al snel draaide de lijst op de server op het illustere
adres nederhoed.com/\~jeewee/[^6] begin 2003 hebben we het domein
lijst.nl van iemand overgenomen en het adres veranderd in
\"weblog.lijst.nl\".
Jan-Willem: Ik was student Kunstmatige Intelligentie aan de
Rijksuniversiteit Groningen. Ik was gewend om wetenschappelijke
experimenten op een systematische wijze te organiseren, maar daar was
hier totaal geen sprake van. Ik was Perl en Php aan het leren en had een
leuk projectje bedacht. Zoals wel vaker met extra-curriculaire
activiteiten liep dit uit de hand, vooral nadat ik het via ICQ aan Joost
van Velthoven (mijncomputertje.net) liet zien. Zoiets lekt snel uit,
elke weblogger zat op zijn Nedstat referers te loeren. Binnen een week
had ik meer dan 300 bezoekers per dag.
RR: Ik was sinds het begin van mijn studie, 1994, met internet en
websites bezig. Webloggen was ineens hip onder actieve internetters. Het
was een manier om met elkaar in contact te komen. Het was leuk voor
even. Bij mij is dat een terugkerend patroon, ik ben er snel bij, verken
het, gebruik het en ga dan weer verder met iets anders. Zo ging dat met
webloggen (rr.sodutch.com nederhoed.com/weblog/), messenger, Hyves,
Twitter en talloze andere webbased tools.
RR: Wat ik mij herinneren spraken we af en toe af om op hetzelfde moment
(altijd \'s avonds) aan de loglijst te werken. Jan-Willem zat dan thuis
aan de crawler te werken, terwijl ik werkte aan de frontend. We waren
dan via MSN Messenger online om te overleggen.\
Support was niet echt nodig. We kregen wel vragen van webloggers wanneer
hun nieuwe weblogtekst niet was geindexeerd. Dat was \"een ramp\". Want
de loglijst zorgde voor veel verkeer bij weblogs toen.
JW: ja haha, het bleek eigenlijk dat de loglijst echt een catalyst was
voor de blogwereld. 80-90% van de kliks kwamen van de loglijst af. Hits
tellen is erg belangrijk voor een weblogger. Ik weet nog dat ik op een
weblogmeeting niet lang zonder bier stond.
RR: Als ik de oude database er bij pak met de geïndexeerde weblogs:
\* 2768 users met samen 17278 favoriete weblogs in hun lijstje
\* Er waren 2751 weblogs aangemeld. Dat was toen best een groot aantal,
omdat weblogs nog niet zo bekend waren.
\* In januari 2004 checkten onze crawlers 183.514 keer een weblog op
updates en hadden we ongeveer 1000 unieke bezoekers per dag.
Over de vorm van weblogs van toen weet ik zo niks. Ik las in een oud
loglijst nieuwsberichtje dat we in 4 maanden tijd 60.000 updates hadden
geregistreerd (2002 dec - 2003 mrt). Er zullen toen ongeveer 2.000
weblogs in de database hebben gezeten. Dat maakt gemiddeld 30 updates in
4 maanden per weblog. Maar dat getal is niet statistisch verantwoord :-)
Er waren er met meerdere updates per dag, er waren er veel met maar 1
per week. Dus dit getal zegt weinig.
JW: De blog die er echt uitsprong was Tonie.net met zijn griezelige hoge
updatefrequentie. We hebben er nog over nagedacht om de Toniefactor als
grootheid te gaan gebruiken in de spamdetector. Een updatefrequentie
hoger dan Tonie was simpelweg niet menselijk.
RR: Initiatieven als Blogrolling.com waren onder andere de reden dat we
stopten, want onze motivatie werd zo wel minder. De techniek die we
gebruikten, zorgde voor veel dataverkeer en serverbelasting. Een spider
die elk uur alle weblogs in Nederland bezoekt, is niet schaalbaar. Als
we het goed wilden doen, moesten we pings gaan ontvangen via complexere
technieken en RSS gaan ondersteunen in onze crawler. En het dataverkeer
werd een probleem. Onze crawler slurpte gigabytes per maand, dat was
toen duur.\
\
JW: we hadden een vernuftig gedistribueerd systeem bedacht. Uiteindelijk
zou het mogelijk worden voor mensen thuis om \'mee te helpen\' de site
te indexeren. Qua techniek konden we Blogrolling naar mijn idee
makkelijk aan. We kijken nog weleens terug naar waarom het geen succes
is geworden. Ik denk dat het te maken heeft met gebrek aan (commerciële)
ervaring, karakter (we zijn gewoon meer opstarters dan afmakers) en
tijdgebrek (ik wilde op een gegeven moment toch echt afstuderen). Op 21
februari 2004 besloten we dan te stoppen met de Loglijst. Het laatste
bericht op de site:
*Voorlopig gaat de loglijst uit. Voornaamste reden is dataverkeer,
gecombineerd met onvrede over onze implementatie. De huidige manier van
controleren is achterhaald. Pingen*[^7] *heeft de toekomst. En wij
hebben het nog niet. Voorlopig zul je geen loglijst spider in je
statistieken vinden.*
*Sorry.*
De Loglijst is een mooi voorbeeld van de creativiteit die op een klein
geografisch gebied als Nederland plaatsvond. In plaats van te wachten en
te kijken wat er aan de andere kant van de oceaan gebeurde zijn
studenten zelf aan de slag gegaan en hebben een eigen systeem
ontwikkeld. Dit gebeurde veel in de avonduren naast een studenten- of
professioneel leven. Als de ontwikkelingen op webloggebied elkaar echter
in een hoog tempo opvolgen dan is het logisch dat je dat als solo
programmeur of klein team niet bij kunt houden. De Loglijst heeft in
2003 nog de mogelijkheid geïmplementeerd om RSS toe te voegen en om te
zoeken naar weblogs. Daarnaast kon je je favoriete weblogs in een eigen
lijst plaatsen. Deze was met wat omwegen[^8] weer op je eigen weblog te
plaatsen, waardoor Loglijst in feite een Blogrolling functionaliteit
kreeg.
Naast de ontwikkeling van RSS en pingservers op het web, kwam in
Nederland het mobiele dataverkeer langzaam op gang. De mobiele telefoon
zag zijn entree in Nederland en met de mobiele telefoon kwamen nieuwe
innovaties. Een van die innovaties is met je mobiele telefoon foto's te
maken. Dat was de perfecte oplossing voor een Nederlandse blogger die al
een tijdje met een fotocamera zijn eigen leven vastlegde, vooral als hij
in de kroeg of op een feest was. Een Groningse blogger ontdekt
eigenhandig het mobloggen.
Naam: Gert Jan Bos
Weblog: Camarados
Ik ben in september 2001 begonnen met Camarados. Ik wilde een website
maken met foto's van vrienden, vandaar de naam Camarados.
Maar ik wilde het wel leuk en makkelijk publiceren en kwam bij weblogs
terecht. Ik wilde dat op een gebruiksvriendelijke manier publiceren dus
je moest makkelijk van de ene naar de andere foto doorklikken. Ik begon
foto's te publiceren en merkte al snel dat foto's van leuke vrouwen in
de kroeg voor meer bezoek zorgde en meer reacties. Maar ook de foto's
die ik maakte als ik een boswandeling maakte. Dat werden de
basiselementen van Camarados: Kroegen, vrouwen en de natuur.
Ik was geen echte fotologger, die vaak alleen foto's plaatste. Ik wilde
altijd een kort verhaaltje bij de foto's hebben. Daarom maakte ik een
regel voor mezelf: Maximaal 5 regels met links naar 5 foto's. Ik wilde
de teksten zo kort mogelijk houden, ik wilde daar niet teveel tijd mee
kwijt zijn.
Ik leerde de eerste andere bloggers in Nederland kennen op de
weblogmeetings. Ik was voor het eerst op de weblogmeeting in Breda in
2002. Het zorgde voor meer bezoek naar mijn blog, dus vanaf dat moment
zou ik geen weblogmeeting meer missen. Ik organiseerde zelf een
weblogmeeting in 2003 in Utrecht, samen met Rolandow.com. Camarados liep
toen al heel erg goed en ik had dagelijks honderden bezoekers.
Ik heb eigenlijk geen idee hoe het precies is begonnen met Camarados. Ik
maakte zelf niet eens zoveel foto's in het begin, maar toen ik in 2001
een nieuwe digitale camera kocht zag ik er de mogelijkheden van en begon
ik het leuk te vinden. Ik had vanaf toen altijd een camera bij me.
Mensen om me heen werden er wel een beetje moe van soms. Ik maakte
overal en altijd foto's. Het was een samenvatting van de dag, een soort
lifestream. Dat zorgde dat ik op een gegeven moment elke dag iets moest
publiceren. Ik vond dat er elke dag iets nieuws op mijn weblog moest
staan. Dus of ik nu echt zin had of niet, ik ging weer de kroeg in om
foto's te maken. Ik had een aantal vriendinnen die ik vaak op de foto
zetten en zij werden het meest populaire onderdeel van de site. Met name
Floortje was erg populair bij de bezoekers. Ik had haar heel vaak op de
foto staan, niet alleen in de kroeg. We gingen vaak samen wandelen of
zeilen. Alle meisjes op Camarados, inclusief Floortje waren gewoon hele
goede vriendinnen. Ik heb nooit met een van die meiden een relatie
gehad. Ze wisten zelf dat ze in trek waren bij de bezoekers en ze vonden
het wel leuk, al die aandacht.
Je begrijpt dat het op een gegeven moment uit de hand liep. Ik was
vrijwel constant bezig met Camarados en uitgaan. Het werd eigenlijk
alleen maar erger toen de eerste telefoons met camera's kwamen. Ik had
in 2003 een Nokia 7650, waarmee je foto's kon maken. Het eerste wat ik
dacht was dat ik die foto's direct online wilde hebben. Je had toen nog
geen emailaccounts op je telefoon of MMS naar een server, je kon er
eigenlijk heel weinig mee. Je kon ze alleen via Bluetooth op je eigen
computer zetten. Ik heb toen een mobiel FTP programma gekocht waarmee ik
direct na het maken van een foto hem kon uploaden naar mijn server. Dat
moest allemaal met de hand, niets was geautomatiseerd. Ik had toen naast
de reguliere foto's op Camarados een kleine strip met de mobiele foto's.
Die waren in zo'n lage resolutie dat je die niet groot kon tonen. Maar
ik zag dat het mogelijk was. Samen met een vriend van me zijn we toen
aan de slag gegaan om het nog makkelijker te maken. Want we kwamen er
achter dat het versturen van foto's via email op je mobiel zeker
mogelijk moest zijn. Na wat programmeren en testen lukte het ons in 2003
om via je mobiel direct foto's online te zetten. Mobloggen.nl was
geboren. We begonnen een website waarop iedereen een account kon
aanmaken om zelf zijn foto's naar te emailen. Wij zorgden voor de
techniek van de site en het mobloggen, het enige wat je als gebruiker
hoefde te doen was je foto naar een emailadres sturen.
De reacties waren toen wel gemengd. Ik deed hetzelfde wat nu Hyves en
Mobypicture doen. Mensen vonden het wel leuk, maar begrepen niet altijd
dat ik zoveel online wilde delen en dat er zoveel anderen waren die dat
wilden. Ik zocht wel naar een zakelijke toepassing van dit. Ik had
telefoonrekeningen van zo'n 2.000 euro per maand, die moest ik toch
betalen. Mijn compagnon had het ontwikkeld in de baas zijn tijd maar ik
gebruikte het, dus het was lastig om een constructie te vinden wat we er
nou mee konden doen. We hebben wel een keer op de AUtoRAI wat gedaan,
Giel Beelen heeft het een keer gebruikt in zijn show en wat artiesten.
Maar daar bleef het wel bij. Daarmee kregen we niet echt een goed
businessmodel rond. Dus dat duurde allemaal best wel lang. Je kreeg toen
al andere diensten, zelfs via Pivot kon je gaan mobloggen, Mobypicture
begon in die tijd.
Ik ben toen in gesprek geweest met FC Groningen om de spelers elke dag
wat foto's te laten maken gedurende de dag. Maar zover is het nooit
gekomen omdat het bestuur bang was dat de spelers foto's gingen maken in
de kroeg. Die samenwerking is dus helaas nooit doorgegaan.
In 2003 ben ik door Emerce geïnterviewd[^9] over het mobloggen en ik zei
toen al dat ik zou stoppen als ik een vriendin heb. In 2005 was dat het
geval en stopte ik met Camarados. Ik was tegen het einde zo'n 2-3 uur
bezig met zo'n update. Ik maakte op een avond in de kroeg zo'n 100
foto's. Daar moest ik eerst een keuze uit maken, er bleven er dan zo'n
15 over. Die ging ik aanpassen in Photoshop om ze wat toonbaarder te
maken tot ik er uiteindelijk nog maar zo'n 7 over had. Als laatste moest
ik dan bij die foto's nog een verhaaltje maken. Ondanks die paar regels
tekst en foto's werd het dus wel steeds meer werk voor me. Dat begon me
echt tegen te staan. Ik werd wel een beetje ziek van mezelf. Als ik de
camera vergeten was dan *moest* ik terug om die te halen. Het begon echt
een soort verslaving te worden. Aan de andere kant, omdat ik alles
fotografeerde en online zette, werd ik wel eens voor wat leuke feesten
uitgenodigd. Dat was natuurlijk gratis publiciteit voor ze.
Het hele Camarados tijdperk heeft wel een stempel op mijn leven gezet,
heeft best wel een impact gehad van 2001 tot 2005. Dat is ongelooflijk.
Dat komt nooit meer terug en dat hoef ik niet te proberen. Het is
geweest, gebeurd en klaar er mee.
Tijdens de weblogconferentie in Glimmen in 2004 hebben Gert-Jan en ik
uitgebreid gesproken over mobloggen en de mogelijkheden. Ik wilde er mee
experimenteren maar niet direct van platform wijzigen. Op Punkey.com
gebruikte ik de weblogsoftware Pivot en dat had ik me intussen redelijk
eigen gemaakt. Ik wilde kijken of het mogelijk was om met Pivot een zo
goed als live verslag te doen van het Lowlands festival. Ik had net een
telefoon met camera, evenals Bob den Otter, de ontwikkelaar van Pivot.
Via MSN en e-mail legde ik hem mijn plannen voor. Ik wilde een weblog
beginnen waar we via email foto's heen konden sturen die dan direct
geplaatst zouden worden. De weblog was gewoon toegankelijk voor iedereen
en je kon er direct op reageren. Iedereen met een cameraphone zou mee
kunnen doen. Op de weblogmeeting in Vondelpark hebben we tussen wat
biertjes door de details doorgenomen. Het zou voor Bob een kleine
aanpassing aan wat scripts betekenen en we konden aan de slag. Tijdens
Lowlands 2004 waren we klaar om te gaan liveloggen via de telefoon. Het
team op Lowlands bestond uit Bob (Mijnkopthee.nl), Carlo (iphtjes.nl),
Roosmarijn (antiroos.com) en Remco (Sikkema.net). In Amsterdam zou
Cathelijne Hornstra van Hornstra.com alles op de server en in de code in
de gaten houden. De avond voor de start van Lowlands was de site af en
werkte het systeem om foto's te emailen naar de website. Een mooie start
was dat we al direct werden gelinkt op Metafilter[^10], een veelbezocht
linkdump portaal. Met Roosmarijn hadden we een fotograaf "achter de
schermen" vanwege haar werk bij 3FM. Dat zorgde geregeld voor wat fraaie
plaatjes backstage met 3FM DJ's en muzikanten. Zo kon het gebeuren dat
we na de eerste dag al direct werden opgemerkt door de makers van de
jaarlijkse Lowlands krant en we daar in vermeld werden en we na het
festival nog een bezoekers-boost kregen. Lowlands 2004 is de beruchte
editie waar Theo is geïntroduceerd. Het was de lopende grap op het
festival. De dan 23-jarige Theo Vlaar is op het festival een jaar eerder
zijn vrienden kwijtgeraakt door even uit een rij weg te gaan. Zijn
vrienden roepen het hardst om hem, samen met andere bezoekers. Maar die
grap werd in 2004 langzaam maar zeker door het complete festivalpubliek
overgenomen wat resulteerde in willekeurig Theeeeeeooooooo geschreeuw
midden op de dag op een willekeurige plek, graffiti-oproepen op het
festivalterrein en complot theorieën dat het om een virale campagne van
een brillenwinkel zou gaan. Op de festivalweblog[^11] zijn de meeste
foto's van het weekend nog bewaard gebleven, inclusief de foto's over
Theo. Loglands.nl was het eerste weblog wat tijdens het festival, live,
werd bijgehouden via mobiele telefoons.
Nederland loopt mee in de ontwikkelingen op het web, zoveel is
duidelijk. We maken zelf nieuwe diensten en blijven niet alleen
afhankelijk van wat er uit de Verenigde Staten komt. Maar compleet
onafhankelijk van de internationale ontwikkelingen blijven we natuurlijk
niet. Veel gebeurtenissen die wereldwijd hun effect hebben, zullen dat
ook hier hebben. Of dat nu de komst is van nieuwe technologie, nieuwe
programmeermogelijkheden of juist sociale en maatschappelijke
ontwikkelingen.
[^1]: http://web.archive.org/web/20020421162114/http://www.iw3p.com/DailyPundit/2001_12_30_dailypundit_archive.php
[^2]: http://www.bradlands.com/weblog/comments/september_10_1999/
[^3]: http://fawny.org/decon-blog.html
[^4]: http://web.archive.org/web/20080501082900/http:/a.wholelottanothing.org/2000/03/caroline_wishes.html
[^5]: http://web.archive.org/web/20011003214151/http://www.blogger.com/news_archive.pyra?which=2000_03_01_news_archive.xml\#112347
[^6]: http://web.archive.org/web/\*/www.nederhoed.com/\~jeewee/
[^7]: http://blo.gs/ping.php
[^8]: http://punkey.com/pivot/entry.php?id=2797
[^9]: http://www.emerce.nl/artikel.jsp?id=54367&rubriek=289
[^10]: http://www.metafilter.com/35062/Moblogs-in-the-dutch-rain
[^11]: http://web.archive.org/web/20041217220045/http://loglands.nl/archives/archive_2004-m08.php